116 (26 januari 1965) in het dispuutshuis
Korte vergadering ten behoeve van de bestuursverkiezing. Gekozen worden am. G.J. Mulder, praeses, am. J. Senneker, abactis en am. D.D. Breimer, fiscus-assessor.
De diescommissie kondigt een orgelconcert aan op 11 februari ter gelegenheid van de 18e Dies Natalis.
117 (12 februari 1965) 18e Dies Natalis bij “Bij Koos Kerstholt”
Praeses heet alle amici en de heer Ternutser welkom, leest Romeinen 8: 31-39 en gaat voor in gebed.
Het bestuur heeft een treurige mededeling aangaande de heren Tjoelker en Prummel. Volgens de heren werd er niets gedaan op het dispuutshuis, te veel geklets, men moet zich maar wat vermaken. Ze hadden ook wel recht van spreken, ze hadden al één keer het dispuutshuis bezocht. Ze hadden wel spijt van hun gedrag, ze hadden al gepakt om naar Roden te gaan, maar het was zulk vies weer, dat toen hadden ze geen zin meer. Toen ze dan ook een brief op poten van de abactis kregen wilden ze ook B zeggen, anders gingen ze naar hun idee af. Ze zouden vanavond komen bedanken voor VERA of naar een ander dispuut overstappen. Vervolgens neemt de vergadering bij acclamatie de volgende motie aan: “De vergadering van het abel dispuut IXNAΘON bijeen 12 februari ’65 is van mening, dat gezien de houding van de heren Prummel en Tjoelker, een toekomstig lidmaatschap onverenigbaar is met de waardigheid van het dispuut, tenzij ze hun excuses aanbieden.”
Installatie van de amici:
P.C. Bügel
J. Apperloo
Lezing door am. J. Smit over “G.K. van ’t Reve: een HEILIGE zonder vraagteken”
De ON-commissie, am. v.d. Velde : we leefden even in onmin, er is typewerk verricht, onmenselijk veel, valt onmenselijk veel over te vertellen.
Soepspeech am. v.d Molen
Gnomoloog Am. Bosch tracht telepathisch contact met HAAR te krijgen, memoreert nog eens 2 spreuken: “Aan HAAR mos wordt niet getornd” en “Eigen HAAR is goud waard” en voegt er aan toe: “Ik haalde HAAR uit Haren”. Am. Keizer: “Ik heb éénmaal in HAAR mos gelopen, maar het was zeer duidelijk; er werd nergens aan getornd. Ik heb goed gekeken en ik zag echt niemand tornen. Ik vind dit een open-mos-trapperij en dien een amendement in: ‘In HAAR mos wordt niet gemorst’”
De gnomoloog laat zijn cassata rusten om de walgelijke opmerking van am. Keizer te beantwoorden. “Tornen is beter dan morsen. Ik denk aan verboden op het gras te lopen en bij morsen is men al op het mos.”
Am. Smit: “Ik heb am. Keizer éénmaal in de verleiding zien staan om te morsen, maar het ging nog goed. Maar am. Bosch staat aan grotere verleidingen bloot. Hij tornde, maar het was zó vies”
En zo gaat de discussie nog een tijd verder.
Na het abactiaal jaarverslag dat kennelijk in de plaats van de jaarrede komt, treedt het nieuwe bestuur aan: G.J. Mulder, praeses, J. Senneker, abactis en D.D. Breimer, fiscus-assessor.
De nieuwe praeses houdt zijn troonrede en na de rondvraag sluit hij de vergadering met gebed, waarna het IXNAΘON –lied gezongen wordt.
118 (2 maart 1965) in dispuutshuis
Bijbellezing: Hebreeën 12:1-3 en 12-17 en Prediker 4:13-16, op verzoek van am. Smit. Daarna gebed.
Vervolg van de dieslezing door am. J. Smit over van ’t Reve.
Sluiting met IXNAΘON -lied.
119 (23 maart 1965) in dispuutshuis
Bijbellezing: Jesaja 2:1-5 en gebed.
De Emiel-dia’s worden vertoond en er wordt alvast over de groentijd gesproken.
Commissie ter beheersing van de materie: ondanks het late uur begint am Smit: “De materie die wij moeilijk beheersen…”, maar dan wordt het punt naar de volgende vergadering verschoven.
Sluiting met IXNAΘON -lied.
120 (11 mei 1965) in dispuutshuis
Opening met enkele wijze spreuken
Het bestuur deelt HAAR verscheiden mee en er is een voorstel om de tekst van het IXNAΘON –lied te wijzigen i.v.m. het overlijden. Dat wordt afgewezen.
Lezing door am. Vos over “Zondagsheiliging”
Er wordt gevraagd om een nieuwe hengelcommissie in verband met HAAR verscheiden; suggesties volgen over de familie van Harinxma thoe Sloten of de familie Haarsma.
Het valt de gnomoloog moeilijk om over zijn intimiteiten met HAAR te vertellen. De contacten met HAAR zijn beter, misschien omdat de begraafplaats dichterbij is dan Slochteren. Hij wil enige tijd van rouw, niet dadelijk een nieuwe, er moet enige tijd over heen gaan.
Sluiting zonder gebed of IXNAΘON -lied.
121 (15 juni 1965) in dispuutshuis
Bijbellezing: Spreuken 27:11-22 en gebed.
Am. Breimer kondigt zijn vertrek als fiscus-assessor aan, omdat hij fiscus corporis wordt.
Er wordt weer over de groentijd gesproken.
De commissie ter beheersing van de materie laat bij monde van am. Smit weer van zich horen: Doordat de materie weerbarstig is, komt onze vitaliteit niet tot een eindpunt. Deze commissie werd ingesteld, doordat de fiscus-assessor zijn stoel niet kon beheersen, dit is echter een triviaal probleem.
Na veel verwarring abrupte sluiting van de vergadering
122 (14 september 1965) in het dispuutshuis
Bijbellezing: Genesis 1:1-8 en 26-31 in verband met de lezingencyclus, daarna gebed.
Lezing Herbert Goutbeek: “Mens-Dier-Ziel”
Praeses neemt afscheid van am. D.D. Breimer, die als abactis aftreedt i.v.m. zijn toetreden tot het Corpsbestuur. Volgens preases was de periode Breimer een genoeglijke periode.; de abactis die niets zei, vond het toch fijn.
Am. W. Jansen wordt gekozen als opvolger van am. Breimer
De commissie ter beheersing van de materie: de commissie is bezig geweest, zoals zij gebruikelijk doet; zij heeft zich beperkt, laat ik mij tot die beperking beperken, tot een materie die toeneemt. Er is gesproken over zwangerschap en wie heeft zal gegeven worden. Als ik denk, ik beheers de materie, dan breidt de materie zich uit en blijkt weer beheerst te moeten worden. Dus elke keer moeten oude dingen telkens aan nieuwe generaties verkondigd worden; zonder dat hangen onze verslagen in de lucht. Wij zijn verder gekomen, meneer de praeses, maar er komen nieuwe generaties, die opgewerkt moeten worden. Daar houden wij ons mee bezig, het generatieprobleem. De commissie is wel verder gekomen, maar op wat voor manier kunnen we de beheersing van de materie overdragen? Wij vermoeien ons met didactische problemen van het overdragen van moeilijkheden van het beheersen van de materie.
Na de rondvraag sluit praeses de vergadering en zingen allen het IXNAΘON –lied uit volle borst.
123 (5 oktober 1965) in het dispuutshuis.
Voor de integrale tekst klik hier.
Praeses leest enkele gedeelten uit Jeremia 26 en gaat voor in gebed.
Lezing: am. J. Smit over “Mens en religie”.
In verband met het vergevorderde uur wordt het punt commissieverslagen overgeslagen en zingen de nog aanwezige amici, voorzover ze nog net slapen het IXNAΘON –lied en roepen ze elkaar, de spalenden wakker makend, ‘hoog!’toe.
124 (6 en 7 november 1965) in “de Borne” te Roden
Bijbellezing: Spreuken 27:23A.
Lezing am. Ruurd Veldhuis: “Het mensbeeld in het Oude Testament”
Geïnstalleerd worden de amici:
Johannes van Os
Oebele Postmus
Gerard ter Haar
Willem Berghuis
Klaas Burgler
Albert Wester
Willem Pieter Koopman
Sipko Hendrik Bulthuis
Siebe Ytsma
Jan Lemstra
Op zondagmiddag draagt de praeses de leiding over aan de abactis. Dit levert grote, zij het langzaam opkomende hilariteit. Na wat gepraat en het mompelen van opruiende kreten schorst abactis vervolgens de vergadering voor een beraad van 5 minuten. Nadat deze 5 minuten zich hadden vermenigvuldigd tot 30, opent de abactis opnieuw de vergadering en installeert hij als tijdelijk bestuur de amici Goutbeek, Welling en Huismans. De vergadering wordt gesloten met het IXNAΘON –lied.
125 (14 december 1965) in het dispuutshuis
Praeses leest Mattheüs 22:34-40 en heet een ieder welkom. Omdat er buiten het bestuur maar 3 leden zijn wordt er niet gebeden. Het bestuur Goutbeek-Welling-Huismans wordt gedechargeerd.
De amici Keizer en te Velde worden tot buitengewoon lid van het dispuut benoemd. De bestuursverkiezingen zullen in januari plaatsvinden.
Lezing Anne Keizer: “Mens en Macht”
Sluiting met IXNAΘON -lied.